De werking van het roer. Tijdens het vaarbewijs examen gaan we uit van een ingebouwde motor met vaste schroef en het roer.

U moet grondige kennis hebben van de werking van het roer.

Voor het examen klein vaarbewijs 1 wordt er vanuit gegaan dat uw schip is voorzien van een ingebouwde motor, vaste schroef en een roer. Dus ga tijdens het examen niet uit vanuit uw eigen zeil-, of speedboot. Maar vanuit een “standaard motorboot”. Indien je geen enkele “vaar ervaring” hebt en je gaat de cursus vaarbewijs volgen heb je een voorsprong op dit onderwerp! De knop moet namelijk even om. Vaar je namelijk met je zeilboot en je hebt je helmstok aan bakboord dan staat je roer aan stuurboord.

Roer aan bakboord

Heb jij je roer aan bakboord (dus bij de zeilboot de helmstok aan stuurboord). Dan gaat bij voorruitvaren de kop van de boot naar bakboord, de kont van de boot gaat naar stuurboord. In de korte instructiefilm laat onze leraar precies zien wat er bedoeld wordt.

Dubbelschroef schepen

Er worden op dit moment ook vragen over dubbel-schroef schepen gevraagd. Bij dubbel schroefschepen draait de ene schroef rechtsom (clockwise) en de andere linksom (counter clockwise). Dan hoef je in principe niet eens meer met je roer te sturen. Zet je de linkerschroef in zijn vooruit en de rechterschroef in zijn achteruit ga je stuurboord uit.

Wilt u zich voorbereiden voor het vaarbewijs examen deel 2 ga naar: Tips examen vaarbewijs deel 2