Trossen en springen. Lijn, landvast, meertouw of tros zijn allemaal benamingen die gebruikt worden om het schip mee af te meren. Deze kunnen van verschillende materialen zijn zoals touw of nylon. Bij de beroepsmatige vaart wordt meestal staal gebruikt. Afhankelijk van de beroeps- of pleziervaart, kunnen de termen nogal wat afwijken. Zo worden springen in de beroepsvaart meestal steekeinden genoemd.
Voortros, achtertros, voorspring en achterspring
Alleen tijdens het KVB1 examen moet u grondige kennis van de trossen en springen hebben. Een tros of een spring is een stevig touw met aan het einde een lus. Deze lus legt u om de bolder of kikker van uw eigen schip, vervolgens haalt u de lijn door de ring, of legt u deze om de bolder/meerpaal en belegt deze weer vast aan boord. Op deze manier kunt u makkelijker wegvaren, u hoeft niet de wal op om de lijnen te laten vieren of los te maken. Het is prettig (en gewenst) indien we elkaar een beetje helpen met afmeren
Geef de hulpvaardige buurman de lus die deze om de bolder kan leggen en tegelijkertijd geeft u aan waar u deze zou willen hebben. Zo zorgt u ervoor waar u deze wilt hebben. En kunt u zelf bepalen op welke manier en op welke lengte u deze vastzet. Zorg er eerst voor dat het schip op de juiste manier vast legt, met twee trossen en twee springen. Daarna kunt u de lijnen één voor één op de juiste manier vastmaken.
Het gebruik van trossen en springen in de sluis
Bij passage van de sluis zorgt u er altijd voor dat de lus om de bolder/kikker aan boord ligt, de lijn door de ring of verhaal pot in de sluis en weer terug naar boord. Alleen met dien verstande dat u de lijn niet om de bolder van uw eigen schip belegt maar vasthoudt, deze slaat u één keer om de bolder of kikker en houdt deze vast in de hand. Indien het water tijdens het schutten in de sluis zakt, laat u de lijn vieren. Gaat het water omhoog haalt u deze aan. Knoopt u de lijn vast en het water zakt, komen er enorme krachten op de lijn te staan. Zodat u deze niet meer los krijgt, met alle gevolgen van dien….
Aankomen op de middenbolder vooral indien u solo vaart
Wanneer u vaak alleen vaart, of met weinig bemanning, is de middenbolder ideaal. U legt het oog van een tros om de middenbolder. Vervolgens legt u de lijn over een bevestigingspunt aan de wal en slaat deze met een paar slagen om de bolder van uw schip.
Geeft u weinig gas vooruit wordt deze lijn een voorspring en komt zowel het voorschip als achterschip tegen de wal. (Geeft u weinig gas achteruit wordt deze lijn een achterspring.) Deze manier van meren is niet alleen handig in de sluis maar ook in de haven. Nu kunt u namelijk op uw gemak de andere trossen en springen vastmaken.
Nederlands | Touw |
Engels | Rope |
Duits | Leine |
Frans | Cordage |
Spaans | Cabo |
Italiaans | Cima |
Portugees | Cabo |
De buitenlandse termen zijn geen examenstof |
Neem even een kijkje bij ons cursus aanbod. Zie: vaarbewijs halen
- Ankeren
- Bakboord en stuurboord
- Betonning het SIGNI systeem
- Boegschroef en hekschroef
- Hogerwal en lagerwal
- Loef en Lij
- Springen en trossen
- Vaarregels
- Verlichting boot, de navigatie verlichting
- Werking van het roer
Wilt u zich voorbereiden voor het vaarbewijs examen deel 2 ga naar: Tips examen vaarbewijs deel 2